
Dan heb je die mooie reis gemaakt en staat je computer vol met foto’s. Hoe hou je die mooiste momenten vast in huis? De beste tips om je reisfoto's dagelijks terug te zien.
Een trip naar Moskou moet je uitleggen. Bij de meeste mensen doemt een duister en grimmig beeld op, vol vrieskou en bontmutsen en laveloze zwervers die op straat liggen met wodka in de hand. Het is politiek gezien ook geen oncontroversiële keuze. Er zijn echter voldoende redenen om deze stad met een bezoek te vereren!
Ten eerste is het er in de zomer warm, dus het weer is geen reden om niet te gaan.
Ook in andere opzichten is Moskou aangenamer dan gedacht. Minder smerig, minder onveilig en minder onguur. Er hangt een zekere kosmopolitische gemakscultuur à la New York met winkels die bijna altijd open zijn en overal pinautomaten. Die laatste heb je nodig, want Moskou is – helaas – duur. En het is geen hemels paradijsje, want de mensen zijn stoïcijns en doorgaans niet behulpzaam. Daar moet je aan wennen. Het toppunt zijn de vrouwen achter de metroloketten: oud, dik en nors en met een soort blauw schort als uniform – ze lijken gecast voor deze rol. Communiceren hoort er niet echt bij: je steekt een aantal vingers omhoog, smijt wat geld in het bakje en zij smijt een ticket terug – daar komen woorden noch mimiek aan te pas. Beleefdheid is kennelijk een overbodige luxe. Als je dat eenmaal weet is het niet zo raar meer.
Ondanks deze mensen en het onmogelijke cyrillische schrift kun je jezelf prima de stad door navigeren.
Dat klinkt misschien nog steeds niet zo aantrekkelijk, maar Moskou is echt de moeite waard. Waar het qua prijs en vriendelijkheid steken laat vallen, compenseert het ruimschoots met het volgende: het is fascinerend.
De geschiedenis liegt er niet om. Moskou is vrijwel altijd het welvarende bestuurscentrum geweest van een enorm land dat er – hetzij niet altijd even flatteus – toe deed en doet op het wereldtoneel. Zowel in de middeleeuwen, als in de tsaristische en communistische tijd, tot op heden. Er waren slechts enkele periodes waarin Moskou een stapje terug moest doen, zoals toen tsaar Peter de Grote vanuit een Europahonger de hoofdstad verplaatste naar Sint Petersburg. In de negentiende eeuw echter kwam de glorie in Moskou weer volop terug, en de revolutionairen die begin twintigste eeuw vanuit hier aan de macht kwamen, maakten de stad officieel weer hoofdstad. De communisten hebben vervolgens het land – en Moskou in het bijzonder – volledig naar hun hand gezet. Te beginnen met het zichtbaar uitdragen van de partijideologie in de vorm van standbeelden en plaquettes die nog altijd het straatbeeld sieren.
Stalin had daarnaast grootse stedenbouwkundige plannen waarin alles wat pré-revolutionair en religieus was moest wijken. Saillant detail: veel oude gebouwen in Moskou zijn daarmee helemaal niet oud. Zelfs de grote kathedraal die zo mooi en ogenschijnlijk authentiek aan de rivier ligt te pronken en die oorspronkelijk uit de negentiende eeuw komt, is een replica uit 1997! Volgens Stalin had er een Sovjetpaleis moeten komen met een Leninstandbeeld van ongekende hoogte, hetgeen nooit geschiedde. Dan zijn er de zogenoemde zeven zusters, taartvormige wolkenkrabbers die verspreid over de stad staan en nu elk een andere functie hebben, van appartementen tot ministeries. Ook zij komen uit deze tijd. Ze schijnen gebouwd te zijn door dwangarbeiders. Een achtste had moeten herrijzen op een braakliggend terrein vlakbij het Rode Plein, dat tot op heden het duurste lapje grond van de stad is. Deze toren kwam er eveneens nooit.
Wat er wél kwam, is het prestigieuze metrostelsel. Ook hiervan ligt de oorsprong in het stalinistische tijdperk.
In de jaren na Stalin bleef Moskou – ondanks wat onrustige politieke perikelen – groeien en groeien, zeker na de val van de USSR in 1991. De sporen van dit gretige kapitalisme zijn in het hedendaagse straatbeeld meer dan zichtbaar; alleen al de auto’s die over het wegdek rollen laten geen misverstanden bestaan over het geld dat hier aanwezig is. Porsches en propaganda gaan anno 2014 moeiteloos hand in hand. Een ogenschijnlijk normale metropool met een bizarre geschiedenis.
Sovjetsightseeing
Die bizarre geschiedenis is de voornaamste reden om het Moskou-avontuur aan te gaan. De Sovjettijd is nog niet zo lang geleden ten einde gekomen en leeft eigenlijk nog volop voort –
zelfs in verheerlijkende vorm, waarbij het macabere karakter uiteraard wordt verzwegen. Om dat met eigen ogen te kunnen aanschouwen is ronduit bijzonder. Nergens in Moskou zijn hamer en sikkel, ster of korenbalen (bij wijze van agrarische symboliek) ver weg, en diverse plaquettes of standbeelden verbeelden nog altijd de heldhaftigheid van Lenin of ‘het proletariaat’.
Een interessante plek om dit te bekijken is VDNKh, een afkorting die staat voor iets als: het Russische expositiecentrum. Een park vol Sovjetglorie, met een pompeuze triomfboog als ingang. In het nabijgelegen park eren de Russen op indrukwekkende wijze hun ruimtevaartprestaties: een verzameling gedenkbustes rondom een werkelijk gigantisch hoge obelisk in de vorm van een raket, gemaakt van glimmend titanium. De entree van het bijhorende museum is hier vlakbij.
Iets verderop doemt het volgende reusachtige standbeeld op, waarschijnlijk het meest fascinerende van de hele stad. Het is een bekend tafereel: een ‘gewone’ man en vrouw met heroïsch wapperende haren en kleding, hamer en sikkel omhoog houdend. Eenmaal dichtbij gekomen blijkt dit standbeeld op een soort toren te staan, uitgevoerd in sobere Sovjetkleuren. Het geheel is met gemak tien meter hoger dan een gemiddeld woonhuis..! Zo imponerend dat het haast dreigend is. Links en rechts aan de voet van dit enorme monument vind je een zwart granieten blok met gebeeldhouwde figuren erin. De klederdracht, geitjes, schapen, bloemen, fruit en koren – afgewisseld met het logo van de USSR – laten er geen twijfel over bestaan: hier wordt het agrarische leven verheerlijkt. Lang leve het proletariaat! Het is ongelooflijk dat zo’n standbeeld – hetgeen absoluut te bescheiden klinkt voor wat het is – daar maar gewoon staat te staan, aan een drukke weg tussen de flatgebouwen. Het dient geen duidelijk doel en er zijn amper mensen te bekennen. Te bizar voor woorden.
Een volgende tip is het Museum Of The Great Patriotic War. De heldhaftige naam die de Russen voor WO II gebruiken zegt eigenlijk alles over hun beleving van deze geschiedenis. Het museum ligt in Park Pobedy, op een heuvel buiten het centrum. Het museum zelf is een wit halvemaanvormig gebouw met een open constructie van onderen en een dramatisch zwarte koepel erbovenop. Ervoor een nóg dramatischer zwarte obelisk van ontzagwekkende hoogte, en dáár weer voor een lange, lange, lange promenade; ruim opgezet met aan één zijde fonteinen en aan de andere zijde een soort gedenkzuilen. Alles om te imponeren. Vanaf deze plek heb je overigens een heel mooi uitzicht over de stad.
Het museum is van binnen groot en interessant, al heeft dat niet zozeer met de collectie te maken. Je komt er niet voor de welbekende feiten over WO II, maar het is onmiskenbaar fascinerend om met het Russische interpretatiekader kennis te maken. Ondanks een grote zwarte hal met miljoenen kristallen tranen aan het plafond ter symbolisering van de slachtoffers, wordt de oorlog vooral neergezet als een Russische triomf met weinig ruimte voor neerslachtigheid. In de ruime gangen zijn overal trotse bustes, portretten en uniformen te zien. Iedere beslissende slag die de Russen hebben gestreden heeft een eigen dioramazaal, met daarin een soort 3d-schilderij van forse afmetingen. Een tentoonstelling met vitrines vol oorlogsgerelateerde attributen lijkt vooral te willen benadrukken dat het alledaagse leven in al haar facetten min of meer gewoon doorging in de periode 1941-1945. Onvervalst patriottisme en militaire verheerlijking zijn de peilers waar het museum op gestoeld is.
De grootste bezienswaardigheid is eigenlijk nog het gebouw zelf. Ruim opgezet, met marmeren vloeren, brede trappen en kroonluchters aan het plafond. De veelal donkere kleuren en rechte lijnen creëren het ‘Sovjetgevoel’: groots en sober tegelijkertijd. Zelfs de suppoosten dragen bij aan het Sovjetkarakter: het zijn oude vrouwtjes in vormloze rode jurken die de wacht houden aan tafeltjes met lachwekkend gedateerde telefoontoestellen erop.
Het absolute hoogtepunt van dit alles is zonder twijfel de Hal der Glorie. Dit is de binnenkant van de koepel, alwaar alle helden van de USSR vereerd worden. ‘Held’ was in die tijd nog een officiële titel die je kon verdienen. Imposantheid in hoofdletters. Het betreft een vrijwel lege balzaal waarin alle aandacht uitgaat naar een metershoog bronzen standbeeld precies in het midden, als symbool voor de victorie. De koepel boven zijn hoofd is oogverblindend wit en omringd met een bronzen lauwerenkrans, het rode wapen van de USSR vlammend in het midden. De muren zijn gevuld met namen van alle helden en in de bovenste ring hangen plaquettes van de twaalf heldensteden. Het is het soort ruimte waar je mond van openvalt.
Tot slot is er nog het Art Muzeon Sculpture Park, waarvan de vroegere naam vele malen poëtischer is: Park Of The Fallen Heroes. Hier staan alle ooit heroïsche Sovjetbeelden afgedankt bij elkaar. Het ligt vlakbij Gorky Park, een meer hedendaags stuk groen waar vertier en ontspanning centraal staan.
Een bezoek aan sovjet-Moskou is natuurlijk niet compleet zonder het mausoleum van Lenin te bezoeken. Gelegen aan het Rode Plein is dit een hoekige granieten tombe, uitgevoerd in zwart en rood met Lenins naam in grote letters erop. De openstelling is alleen ’s ochtends en betreden kan slechts op omslachtige wijze: veel wachten, alle bagage afgeven, screening, en dan in één brave karavaan het parcours volgen – met om de paar meter een streng kijkende soldaat op de wacht. Diepdonker is het in de tombe, en Lenin ligt daar op rode lakens in een glazen vitrine, versierd met bronzen lauwerenkransen. Hij ziet eruit als een etalagepop, zo plastic, maar zijn opvallende hoofd is duidelijk herkenbaar. Het is een intrigerend idee dat hij daar al bijna 90 jaar dood ligt, met dagelijks een stroom pottenkijkers om zich heen.
Rondom het mausoleum in de open lucht liggen andere Sovjetnotabelen begraven. De meeste namen zijn voor niet-Russen onbekend, maar bij de buste van Stalin sta je uiteraard wel even stil. Je staat immers niet dagelijks aan het graf van een tiran. De Russen zelf lopen er allemaal aan voorbij, al kun je horen dat ze het over hem hebben.
Vanaf deze plek is het uitzicht op het Rode Plein veruit het mooiste – jammer dat de camera niet mee mag. Gelukkig is dat op de meeste andere plekken in deze bijzondere stad geen enkel probleem!
Dit artikel is onderdeel van een tweeluik. Lees hier het vervolg van dit artikel over Moskou.